dinsdag 3 november 2015

Jongeren van Moengo delen hun ervaringen in docufilm

Eerder berichtten we al op deze blog over de interviewtrainingen die PROJEKTA in Moengo geeft aan de jongeren. Zij gebruiken de opgedane interviewskills om de activiteiten van het Moengo Actieplan voor Jongeren te monitoren. Met andere woorden: ze checken wat er is uitgevoerd en hoe het is uitgevoerd. In groepjes van drie personen trekken zij door Moengo om projectuitvoerders, maar ook jongeren die deel hebben genomen aan de activiteiten, vragen te stellen over hun ervaringen.

Elk ‘monitorings-team’ bestaat bewust uit drie jongeren, zodat een persoon de vragen kan stellen, een persoon de antwoorden op kan schrijven en de derde het interview vast kan leggen op film. Sommige van deze beelden zullen gebruikt worden in de docufilm waar PROJEKTA momenteel aan werkt. De docufilm (waarin onder andere ook de jongeren van Sophia’s Lust aan het woord zullen komen) zal vertoond worden tijdens de nationale Ronde Tafel, welke aan het eind van dit jaar zal plaatsvinden. Tijdens deze Ronde Tafel komen beleidsmakers, dienstverleners en jongeren bij elkaar om samen te komen tot een Actieplan op het gebied van jeugdbeleid.

Afgelopen zaterdag waren de jongeren zelf aan de beurt. In de warme Moengo-zon vertelden zij voor de camera aan Marijke Sonneveld van PROJEKTA en Idi Lemmers wat er de afgelopen anderhalf jaar allemaal veranderd is in Moengo. Een aantal activiteiten is uitgevoerd: er is een gezondheidsbeurs georganiseerd, een recordingstudio opgezet en een meisjesvoetbalteam gevormd. Ook is er meer politie op straat en worden er trainingen gegeven op het gebied van muziek en dans.

Helaas gebeurt er ook nog steeds heel veel niet. Beloftes en afspraken die gemaakt zijn met de mensen van de ministeries tijdens de eerste Ronde Tafel bijeenkomst (welke resulteerde in het Actieplan), zijn zij niet nagekomen. Dit ondanks dat de jongeren met nadruk hebben aangegeven dat er alleen activiteiten in het Actieplan mochten komen waarvan de betrokken volwassenen zeker wisten dat het zouden gaan (kunnen) uitvoeren.

De jongeren geven de hoop echter niet op. Alles wat niet uitgevoerd is, aangevuld met nieuwe wensen en activiteiten van de jongeren, zal worden onderhandelt tijdens de volgende nationale Ronde Tafel.

Het werk met de jongeren in Moengo is onderdeel van een uitgebreid ontwikkelingsprogramma, waarbij er gewerkt wordt aan integraal jeugdbeleid. Klik hier voor meer informatie. 

Naast het interviewen, filmen de jongere van Moengo bijzondere, maar ook alledaagse dingen die zij meemaken. Deze filmpjes, die zij voornamelijk maken met hun mobiele telefoons, zullen onderdeel worden van een andere film waar PROJEKTA aan werkt, ‘Door de ogen van de jongeren’ genaamd. In ‘Jongeren uit Sophia’s Lust filmen er op los’ leest u op welke manier de jongeren van Sophia’s Lust hun bijdrage leveren aan de docufilms.




woensdag 28 oktober 2015

Democratiemaand 2015 is hier!

Het is weer zover! Dit jaar organiseert Projekta voor de 8ste keer de Democratiemaand, de maand waarin wij (en hopelijk ook velen van u) extra aandacht besteden aan diverse aspecten van democratie en goed bestuur.

Bij deze editie van de Democratiemaand richten wij ons op vraagstukken en activiteiten die belangrijk zijn voor het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur.

Hieronder wat hoofdpunten uit onze maandkalender. Download de volledige kalender hier (deze versie is gewijzigd op 4 november), maar blijf onze blog en facebook page volgen voor wijzigingen en updates.

Lezing (met discussie) en interview
“De Nationale Assemblee”
Woensdag 4 november
Met: Jennifer Simons (voorzitter van de Nationale Assemblee), en Valeenee Wasimin (wetenschappelijk adviseur bij DNA)
Presentatie met Paneldiscussie
“SDG’s: ook voor Suriname?”
Dinsdag 10 november
Met: Lillian Menke-Tangali (Onderdirecteur Economische Planning en Onderzoek van het Planbureau) en Anjali de Abreu – Kisoensingh (Afd. Wetenschappelijk Onderzoek & Planning van het ABS)
Debat
“Jongeren en ICT’s in participatieve, democratische processen”
Vrijdag 13 november
Met: Global Shapers Paramaribo
Lezing met discussie
“Meer openheid over onze inkomsten: Transparency in de Extractive Industries”
Donderdag 19 november
Met: Victor Hart (Trinidad & Tobago Extractive Industries Transparency Initiative) en Roger Hosein (University of the West Indies)
Presentatie en discussie
“Naar effectieve participatie in besluitvorming”
Maandag 23 november
Met: Projekta en het Burgerinitiatief. Ook: launch van de 6e State of Democracy Nieuwsbrief

dinsdag 27 oktober 2015

Ministeries getraind in monitoring Moengo Actieplan

Na de jongeren van Moengo en het Moengo Netwerk van dienstverleners, waren gister de ministeries aan de beurt om uitgebreid te kijken naar de monitoring van het ‘Moengo Actieplan voor Jongeren’. Met grote interesse namen zij het monitoringssysteem en de daarbij horende monitoringstools door. Deze tools heeft Projekta ontworpen om bijvoorbeeld het opstellen van (tussentijdse) rapportages makkelijker te maken. Hiermee zal het jeugdbeleid niet alleen makkelijker te monitoren zijn, het zal ook gestructureerder uitgevoerd kunnen worden. De deelnemers gaven aan erg blij te zijn met de vragenlijsten die ze kunnen gebruiken om activiteiten en projecten te evalueren.

De deelnemers zijn ambtenaren van de ministeries van Sport- en Jeugdzaken, Binnenlandse Zaken, Welzijn (voorheen SoZaVo), Arbeid (voorheen ATM), Volksgezondheid, Justitie en Politie Regionale Ontwikkeling, en Onderwijs, Wetenschap en Cultuur. Deze ambtenaren zijn aangewezen als zogenaamde focal points binnen het programma dat Projekta in samenwerking met de Presidentiele Werkgroep Kinder- en Jeugdbeleid en UNICEF uitvoert, waarbij er gestreeft wordt een integraal (ministerie oversteigend) jeugdbeleid op te zetten.

vrijdag 23 oktober 2015

Monitoring Moengo Actieplan voor Jongeren

Deze week was Projekta in Moengo om samen met de jongeren en met het Moengo Netwerk van dienstverleners te werken aan de monitoring en evaluatie van het 'Moengo Actieplan voor Jongeren'. 

Naast het geven van een training aan het Moengo Netwerk, heeft Projekta een voorstel gedaan voor een monitoringssysteem speciaal opgezet voor het Actieplan. Dit monitoringssysteem zal niet alleen gebruikt worden om te na te gaan welke activiteiten van het huidige Actieplan er zijn uitgevoerd en hoe deze zijn uitgevoerd. Het zal er ook voor zorgen dat er jaar in jaar uit een nieuw Actieplan opgesteld wordt, dat steeds scherper geformuleerd en beter toegespitst is op de wensen van de jongeren.

Na de sessie met de dienstverleners, volgde een sessie met jongeren van Moengo. Meer dan dertig jongeren waren afgekomen op deze training, welke als doel had het idee van monitoring en evaluatie uit te leggen, alsmede de monitoring van het Actieplan verder vorm te geven. De komende weken zullen zij elkaar en andere jongeren in Moengo interviewen om erachter te komen wat zij vonden van de activiteiten die speciaal voor hen georganiseerd zijn. Niet altijd zijn activiteiten die volwassenen bedenken, hoe goed bedoeld ook, leuk voor jongeren om aan deel te nemen. Soms is het ook om andere redenen lastig om te participeren, bijvoorbeeld door het gebrek aan vervoer. Om achter deze informatie te komen, zullen de jongeren van de jongerenwerkgroep de komende weken hun opgedane interviewvaardigheden in de praktijk brengen. 

vrijdag 16 oktober 2015

Training Basisprincipes Lobby & Advocacy

Sport en Cultuur kunnen ingezet worden voor maatschappelijke ontwikkeling. Sport- en Cultuurorganisaties hebben vanuit de directe betrokkenheid met de gemeenschap een goed beeld van de behoeften van deze gemeenschappen. Hoe kun je als organisatie daar aandacht voor vragen van beleidsmakers, andere stakeholders en het groter publiek? Hoe kan je als Sport– en Cultuurorganisatie bijdragen aan het ontwikkelen van beleid, regels en wetgeving aangepast aan de behoeften van de gemeenschap? Wij bieden leden van Buurt-, Sport- en Cultuurorganisaties een training in de basisstappen voor Lobby & Advocacy aan.


Wie kunnen meedoen?
Personen die minstens 3 jaar actief zijn binnen buurt-, sport-,  of cultuurorganisaties. 

Waar en Wanneer is het?
Zaterdag 31 oktober en Zondag 1 november van 9.30u – 15.00u.
Plaats: Lalla Rookh Gebouw 

Wat kost het?
SRD 50,- per persoon (inclusief hand-outs en consumptie).

Interesse voor deelname?
Klik hier voor het registratieformulier. 
De aanmelding sluit op maandag 26 oktober.

De training gaat door bij een minimaal aantal van 15 personen.
Er is een beperkt aantal plaatsen beschikbaar.
Als er meer aanmeldingen zijn , vindt er een selectie plaats.

Bent u niet zeker of uw organisatie kan meedoen: mail ons even.

Culturele en sportactiviteiten dragen bij aan  het vormen van assertieve, proactieve en creatieve burgers. Elke jongere moet de mogelijkheid krijgen om aan culturele– en sportactiviteiten te doen. Dat wil het programma “Actieve Burgers door Cultuur en Sport” bereiken.


zaterdag 10 oktober 2015

Jongeren uit Sophia's Lust filmen er op los

We bekijken samen de met mobiele telefoons gemaakte 
filmpjes van de jongeren
"Goedemiddag kijkeraars. Vandaag gaan wij kijken naar hoe men vuil opspaart, en dat is niet goed", zegt een jongen wijzend op de overvolle en vuile goten langs de straten van Sophia's Lust.

A
ls ware documentaire-makers leiden de jongeren van Sophia's Lust ons rond door hun buurt. Een groep van ongeveer tien jongeren is in de grote vakantie druk aan de slag gegaan met het filmen van hun directe leefomgeving. Niet alleen hun dagelijks leven, zoals het doen van de afwas, of het vlechten van haren, is vastgelegd. Met name de gebreken en situaties die zij als problematisch ervaren hebben zij met hun mobiele telefoon gefilmd.

De filmfragmenten van de jongeren van Sophia's Lust zullen samen met de filmfragmenten van jongeren van Moengo deel uit maken van de docu-film 'Door de ogen van de jongeren'.

Naast het maken van een informatieve docu-film, waarin de toeschouwer een inkijkje krijgt in het leven van deze jongeren, is het filmen voornamelijk een instrument voor de jongeren om de dienstverleners die (zeggen te) werken voor jongeren "in de gaten te houden".

PROJEKTA werkt namelijk sinds eind 2013 nauw samen met UNICEF om een deel van het ‘Integraal beleidsplan voor kinderen en adolescenten’ op een duurzame manier uit te voeren. Dit beleidsplan is ontwikkeld onder leiding van de ‘Presidentiële werkgroep integraal kinder- en jeugdbeleid'. Binnen dit raamwerk worden de werkzaamheden van de diverse ministeries gebundeld en wordt het prioritiseren van de activiteiten begeleid.

Meer over PROJEKTA’s werk in Moengo en Sophia’s Lust vindt u hier:

woensdag 7 oktober 2015

ABCS-film in de maak

Dwight Warsodikromo van VHJI, ABCS-deelnemer van
het eerste uur.
"Op welke manier heeft jouw organisatie gebruik kunnen maken van de trainingen binnen het ABCS-programma?" Dit is een van de vragen die gesteld werd aan de deelnemers die deel uit maken van 'Actieve Burgers door Cultuur en Sport', een onwikkelingsprogramma dat Projekta uitvoert in samenwerking met de Nederlandse ambassade en de International Sports Alliance (ISA). 

Ook het jongerenbestuur van Hollandse Kamp is
er sinds de start van het programma bij.
Vorige week interviewde Sharda Ganga de deelnemende sport-, cultuur- en buurtorganisaties over hun ervaringen: "Wat heb je de afgelopen anderhalf jaar geleerd?" "Wat is er veranderd binnen de organisatie?" "Wat wil je je nog leren?" Niet al deze vragen zijn even gemakkelijk te beantwoorden. Het werd voor veel van de sport- en cultuurleiders dus zweten geblazen in de zaal van Naks, waar de opnames gemaakt werden. 

Sangh Parivar Suriname (SPS) heeft ook veel geleerd
tijdens de trainingen.
De interviews werden vastgelegd door Steven Leeflang. In samenwerking met Projekta maakt hij een film over het ABCS-programma. Deze film is onderdeel van onze Openbare Rapportage, welke zal plaatsvinden op 14 oktober 2015.

Aangezien Projekta transparantie en participatie hoog in het vaandel heeft, nemen wij de feedback van de deelnemers zeer serieus en kijken wij ook kritisch naar de (voorlopige) resultaten van het programma. Een verslag hiervan wordt, samen met de film, gepresenteerd tijdens de Openbare Rapportage. 
Daarnaast zullen wij deze dag beleidsvoorstellen presenteren op het gebied van 'Sport en Cultuur voor ontwikkeling', Deze zijn in samenwerking met sport-, cultuur- en buurtorganisaties opgesteld tijdens een intensieve workshop over dit thema (internationaal beter bekend als sport for development en culture for development). 

woensdag 16 september 2015

"Sport en Cultuur voor Ontwikkeling" Workshop

Het ABCS programma is gestoeld op het “Sport en Cultuur voor Ontwikkeling” principe- namelijk dat Sport en Cultuur ingezet kunnen worden om maatschappelijke ontwikkeling tot stand te brengen.

Wij willen graag dat dit principe meer bekendheid krijgt in Suriname, niet alleen bij sport- en cultuurbeoefenaars, maar ook bij beleidsmakers.

We hopen, samen met de deelnemers, te komen tot een aantal uitgangspunten van hoe Sport en Cultuur meer ingezet zouden kunnen worden in Suriname voor de ontwikkeling van mensen, buurten en het land.


Tijdens deze workshop gaan we dieper in op wat “Sport en Cultuur voor Ontwikkeling” eigenlijk betekent, op welke uitgangspunten het is gebaseerd, en maken we samen analyses van de situatie van sport en cultuurorganisaties in Suriname, om zo te komen tot voorstellen voor een grotere inzet van sport en cultuur voor ontwikkeling.

De workshop is bedoeld voor personen met minimaal 3 jaar ervaring binnen sport- en/of cultuurorganisaties. 
Er is een beperkt aantal plekken beschikbaar. 
Wij zullen genoodzaakt zijn te selecteren als we meer aanmeldingen hebben dan we kunnen accommoderen. 
Daarbij zullen we vooral letten op de ervaring.

Er kunnen maximaal 2 personen per organisatie deelnemen.  
Bestuursleden hebben de voorkeur, maar zij moeten wel actief werken in het bestuur.

Wie kunnen meedoen?
Personen die minstens 3 jaar actief zijn binnen buurt-, sport-,  of cultuurorganisaties. 

Waar en Wanneer is het?
Zaterdag 3 en Zondag 4 okotober van 9.30u – 15.00u.
Plaats: Lalla Rookh gebouw

Wat kost het?
Deelname is gratis.

Interesse voor deelname?
Mail ons of klik hier voor het registratieformulier.
De aanmelding sluit op maandag 28 september.

De workshop gaat door bij een minimaal aantal van 15 personen.
Er is een beperkt aantal plaatsen beschikbaar.
Als er meer aanmeldingen zijn, vindt er een selectie plaats.

LET OP:
Bent u niet zeker of uw organisatie kan meedoen: mail ons even.

Culturele en sportactiviteiten dragen bij aan  het vormen van assertieve, proactieve en creatieve burgers. Elke jongere moet de mogelijkheid krijgen om aan culturele– en sportactiviteiten te doen. Dat wil het programma “Actieve Burgers door Cultuur en Sport” bereiken.

Voor meer informatie: projekta@sr.net; tel:  439924/ 439925
www.projekta-suriname.blogspot.com

dinsdag 15 september 2015

Ruimte voor het maatschappelijk middenveld: thema van de Internationale Dag van de Democratie 2015

Het 'Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur', bestaande uit verscheidene individuen en maatschappelijke organisaties, tijdens de laatst gehouden meeting
Democratie is een universele waarde gebaseerd op de vrije wil van het volk om hun eigen politieke, economische, sociale en culturele systemen te bepalen en gebaseerd op hun volledige participatie in alle aspecten van hun leven. Hoewel democratieën een paar gemeenschappelijke kenmerken delen, is er niet één ideaal model van democratie.

De Algemene Vergadering van de VN heeft in 2007 de regeringen van de lidstaten aangemoedigd om nationale programma’s te ondersteunen welke gericht zijn op het bevorderen en versterken van democratie. In dat jaar besloot de Algemene Vergadering ook om 15 september uit te roepen tot Internationale Dag van de Democratie.

In verband met de Internationale Dag van de Democratie dit jaar, publiceerde Ban Ki-moon, secretaris-generaal van de VN, de volgende boodschap:

“Het maatschappelijk middenveld is de zuurstof van de democratie.

Wij zien dit duidelijk terug in de meest levendige en stabiele democratieën, waar de regering en het maatschappelijk middenveld samenwerken aan gemeenschappelijke doelen. Het maatschappelijk middenveld is een katalysator voor sociale vooruitgang en economische groei. Het speelt een kritische rol in het versterken van de rekenschap van regeringen en helpt om de belangen te behartigen van diverse delen van de bevolking, waaronder de meest kwetsbare groepen.
De rol van het maatschappelijk middenveld is nog nooit zo belangrijk geweest. Binnenkort beginnen wij met de uitvoering van een inspirerende nieuwe ontwikkelingsagenda, overeengekomen door alle regeringen van de wereld.

Echter, de vrijheid van maatschappelijke organisaties om hun werk te doen is aan het vernauwen, of zelfs aan het verdwijnen. Een alarmerend aantal regeringen heeft regels opgelegd die het steeds moeilijker maken voor NGO’s om hun werk te doen of om fondsen te vergaren, of beide.

Daarom is het thema van dit jaar ‘Ruimte voor het Maatschappelijk Middenveld’. Op deze dag, laten wij onthouden dat vooruitgang en maatschappelijke participatie hand in hand gaan. Een zelfverzekerde natie geeft burgers zeggenschap en een rol in de ontwikkeling van hun land.

Terwijl de Verenigde Naties zich blijft inzetten voor een democratische, pluralistische toekomst voor iedereen, kunnen en moeten de staat en het maatschappelijk middenveld partners zijn bij het bouwen van de toekomst die het volk wil.”



Bronnen:
http://www.un.org/en/events/democracyday/
http://www.un.org/en/events/democracyday/2015/sgmessage.shtml

Vandaag Internationale Dag voor Democratie

(Bron: Starnieuws)

De Internationale Dag voor Democratie, werd uitgeroepen door de Verenigde Naties in Resolutie A/62/7 (2007) op 15 september 2007, en wordt elk jaar herdacht. Het is inderdaad een bijzondere dag voor de hele wereld, meer nog in politiek opzicht. Daarom mag het ook niet ongemerkt voorbij gaan aan de Surinaamse gemeenschap en politiek. De VN koos dit jaar het thema: Ruimte voor civiele organisaties, groepen en individuen (in de praktijk zijn dit veelal: niet-gouvernementele organisaties en individuen actief op bepaalde specifieke gebieden, zoals mensenrechten, democratische en institutionele versterking etc. etc.) 

Democratie is een begrip dat eenieder bezighoudt, aangezien het onlosmakelijk verbonden is aan de ontwikkeling en het welzijn van de mens en de Staat. Het is een politieke bestuursvorm, waarin de regeermacht berust bij het volk. Deze wordt uitgeoefend via een systeem van volksvertegenwoordiging.

Professor Larry Diamond, (politieke wetenschapper/Socioloog aan de Stanford Universiteit), geeft 4 centrale elementen weer waarin het begrip democratie zich wezenlijk onderscheidt:
1. een politiek systeem waarin een regering wordt gekozen via vrije en eerlijke verkiezingen;
2. deze uit zich in een actieve participatie van het volk in het politieke proces;
3. waarin gelijke bescherming van de mensenrechten van alle burgers gewaarborgd zijn;
4. en is een vorm van uitoefening van rechtsmacht en staatsbestuur, waarin de wetten en procedures op gelijke voet van toepassing zijn op alle burgers; 

In het algemeen, inderdaad, deze 4 pijlers staan centraal in het hart van de democratie. De onderhavige VN resolutie moedigt staten aan om aan nationale programma's te werken, deze verder te versterken en alle inspanningen te getroosten ter bevordering en voortzetting van deze verworvenheden. Inderdaad, dit politiek erfgoed behoort onder alle omstandigheden beschermd te worden als een duurzaam gemeenschapsgoed. 

De VN hecht bijzondere waarde aan de bijdrage die geleverd wordt door parlementen, de niet-gouvernementele organisaties en individuele activisten. De laatste twee, oefenen deze rol uit buiten het parlement, echter hun bijdrage aan de ontwikkeling van de natie en het politieke proces mag niet worden onderschat. De VN betoogt dan ook om erkenning van vooral civiele organisaties, en haar dichter te betrekken bij het politieke besluitvormingsproces. De wereldorganisatie is zich bewust van dat vele van zulke organisaties op een zijspoor worden gezet, of zelfs gebagatelliseerd in hun rol en betekenis. 

Op deze bijzondere dag, en met het oog op deze VN resolutie en de grondwettelijke verplichtingen rustend op de regering, is het te hopen dat de Staat en politiek Suriname, deze groep van civiele organisaties daadwerkelijk meer betrekt, en haar productieve rol en betekenis, daadwerkelijk erkent. Het is ook te verwachten, dat Suriname deze erkenning terugkaatst naar de Verenigde Naties, alsmede de regionale organisaties, inclusief de OAS. De regering kan informeren op welke beleidsfronten de (buitenparlementaire) participatie van civiele organisaties en de rol door individuele activisten en burgers vervullen, zijn geïntegreerd in nationale beleidsprogramma's, en zodoende het proces van de versterking van de democratie en institutionele versterking diepere inhoud geven. 


Sardhanand Panchoe, UNHCR,
Head of Field Office
15 september 2015

vrijdag 4 september 2015

Geen participatie en geen goed bestuur

Er is intussen door velen genoegzaam gereageerd op de op 1 september jl. aangekondigde maatregelen ter versterking van de Staatskas. De luide kritiek vanuit vakbeweging, consumenten, parlementsleden, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties, geeft ook de mening en zorgpunten weer van het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur- wij hoeven niet in herhaling te treden, maar slechts te benadrukken dat geen enkele financiële of economische crisis de handelingswijze rechtvaardigt.

De benaming van de verhoging van de government take op brandstof, de zgn. solidariteitsheffing, is ons inziens een klap in het gezicht van degenen die gehoopt hadden op, en daadwerkelijk recht hebben op solidariteit, namelijk de minst draagkrachtigen. Maatregelen treffen zonder hen te ontzien, onsolidairder kan nauwelijks. Er lijkt geen besef te zijn dat er een spin-off effect zal ontstaan, waarbij de meest kwetsbaren niet alleen meer betalen voor water, elektriciteit en brandstof, maar waarbij velen ook geconfronteerd zullen worden met verminderde inkomsten, met name in de informele dienstensector.

De keuze van maatregelen is ons inziens dubieus, omdat het niet als onderdeel van een samenhangend programma van sanering en inkomstenwerving is gepresenteerd. Elk financieel verhaal kent naast inkomen ook het aspect van uitgaven- daar is echter nog niets belangwekkends over gezegd. Waar zal er structureel bezuinigd worden? Wordt met evenveel verve en vaart ons grootste probleem, namelijk het overheidsapparaat, gesaneerd? Worden meteen de staatsmiddelen teruggevorderd die personen zich ten onrechte hebben toegeëigend? Zullen privileges van Staatsbedrijfmedewerkers, bewindvoerders en adviseurs ook even hard (zoniet harder, vanwege solidariteit), worden aangepakt? Het geheel getuigt niet van volwassen financieel management en de indruk die achterblijft is dat de gemeenschap weer eens moet opdraaien voor lessen in goed financieel beheer, die bestuurders nog steeds moeten leren.

Wij willen hier nadrukkelijk aandacht vragen voor de wijze waarop wij als maatschappij geconfronteerd zijn met de maatregelen, welke ons grote zorgen baart. Onze zorg heeft te maken met sleutelprincipes waar het Burgerinitiatief voor staat, namelijk participatie en goed bestuur.

Het is, door de keus van maatregelen en de wijze waarop die plompverloren zijn ingevoerd, duidelijk dat de beleidsmakers de adviezen van het door de Regering/President zelf ingesteld Financieel Economisch Platform (FEP) naast zich hebben neergelegd. Uiteraard is dat het goed recht van de President en van de Regering- een advies is niet bindend. En dat is exact de kern van het probleem. Waarachtige participatie betekent ook participatie in besluitvorming. De hoop op een meer open en participatieve wijze van besturen dan we tot nu toe hebben meegemaakt, die het Burgerinitiatief had na gesprekken met de President en zijn vertegenwoordigers, is hiermee behoorlijk geschaad.

Wij verwijzen hierbij naar de voorstellen die wij zowel mondeling als schriftelijk tijdens de algemene consultatieronde aan de President hebben gedaan ten aanzien van het opzetten en beheren van processen van participatieve beleidsformulering, -uitvoering en -monitoring. De principes voor dialoog en participatie horen te allen tijde gerespecteerd te worden, en helemaal als het om beleid gaat dat zulk een grote impact zal hebben op het leven en welzijn van alle burgers - met name van de meest kwetsbaren.

Naast participatie zijn ook transparantie en rekenschap onderdelen van goed bestuur. In dit geval wordt geen rekenschap afgelegd en is transparantie zoek. Vertrouwen wordt alleen verkregen en versterkt als er openheid van zaken is en er zicht is op structurele verbetering van de financieel-economische situatie. Dat zicht is ons nu niet geboden en de juiste cijfers over onze financieel-economische situatie zijn nog altijd niet volledig prijsgegeven. Dat is het tegenovergestelde van behoorlijk bestuur en zal alleen maar leiden tot o.a. nog meer belastingontduiking en -ontwijking. Hierdoor wordt de neerwaartse vicieuze cirkel van financiële instabiliteit, daling van werkgelegenheid en afzet ingezet.

woensdag 2 september 2015

Thesis over seksueel molest op de werkvloer

Op 21 augustus 2015 is afgestudeerd aan de Anton de Kom Universiteit van Suriname, studierichting Rechten, Maneesha Kirti Sewdajalsingh. Ze verdedigde de thesis met als titel ‘Seksueel molest op de werkplek’. Hierdoor verkreeg ze de graad van Master of Laws (LLM). Wereldwijd is seksueel molest op de werkplek een probleem, waarbij het arbeidsmilieu verstoord raakt. Ook in Suriname komt seksueel molest op de werkplek vaak voor. Uit onderzoek is gebleken dat meer vrouwelijke werknemers slachtoffers zijn van seksueel molest op de werkplek. Sewdajalsingh besloot te schrijven over de strafrechtelijke stappen die een werknemer kan ondernemen tegen seksueel molest op de werkplek, omdat deze bescherming moet kunnen genieten.

Seksueel molest wordt omschreven als ongevraagde of ongewenste handelingen en gedragingen, verzoeken om seksuele gunsten of andere verbale, non-verbale of lichamelijke handelingen en gedragingen van seksuele aard, die de werk- of studiesfeer negatief kunnen beïnvloeden. Ernstige vormen van seksueel molest, zoals aanranding en verkrachting, zijn wel geregeld in het Wetboek van Strafrecht, maar een ernstige vorm van seksueel molest op de werkplek is niet opgenomen in het Wetboek van Strafrecht, waarbij ongewenste seksuele handelingen tot een arbeidsvoorwaarde worden gemaakt. In sommige gevallen is strafrechtelijke aanpak niet noodzakelijk als het gaat om minder ernstige vormen van seksueel molest. Een geschikt middel bij deze lichtere vormen van seksueel molest is het opleggen van disciplinaire maatregelen, zoals berispen, schorsen, ontslaan etc.

Maneesha Kirti Sewdajalsingh
Ondanks het feit dat er geen specifieke wetgeving is omtrent seksueel molest op de werkplek, kunnen werknemers een beroep doen op enkele strafrechtelijke mogelijkheden opgesomd in het Wetboek van Strafrecht. Het Openbaar Ministerie kan seksueel molest in de praktijk, ondanks het ontbreken van een specifiek artikel, toch vervolgen op grond van de delicten vervat in onder andere de artikelen 259, 290, 291, 295, 299, 304, 325, 345b en 378 van het Wetboek van Strafrecht. Het is aan te bevelen dat de overheid zorgt voor de strafbaarstelling van seksueel molest op de werkplek, want een beroep op de strafrechtelijke mogelijkheden opgesomd in hoofdstuk 3 van het Wetboek van Strafrecht kunnen in bepaalde gevallen nadelig uitvallen voor het slachtoffer van seksueel molest op de werkplek, door het ontbreken van bepaalde bestanddelen uit de delictsomschrijvingen in de bewijslast. Als bijvoorbeeld ten laste gelegd is dat verdachte zich schuldig gemaakt heeft aan ontucht met eigen kinderen of afhankelijken, zoals in artikel 304 Wetboek van Strafrecht het tweede lid, waarbij de ambtenaar zich schuldig maakt aan ontucht met een ondergeschikte, terwijl uit de bewijslast blijkt dat verdachte geen ambtenaar is, omdat hij niet bij de overheid werkt, maar in een particulier bedrijf, dan verliest het slachtoffer van seksueel molest de zaak. Het is daarom heel belangrijk dat de overheid de conceptwet ‘Wet Preventie en bescherming slachtoffers seksueel molest op de werkplek’ en het voorstel wetswijziging met betrekking tot artikel 294 van het Wetboek van Strafrecht verheft tot wet voor de bescherming van werknemers op de werkplek.

De overheid zal moeten zorgen voor gender neutrale wetgeving, want de nadruk bij de bescherming wordt meer gelegd op het vrouwelijk geslacht in het Cedaw-verdrag en in het Belem do Para-verdrag, wat kan zorgen voor een onevenwichtige situatie. Zowel de man als de vrouw heeft recht of bescherming van de lichamelijke- en geestelijke integriteit. Voorlichting geven aan werkgevers en werknemers van zowel particuliere bedrijven als overheidsinstanties met betrekking tot seksueel molest op de werkplek is heel belangrijk, omdat men er soms niet van bewust is dat een bepaalde verbale of non-verbale gedraging seksueel molest zijn. Seksueel molest op de werkplek zou ook als gekwalificeerd delict ten opzichte van een gronddelict (verkrachting, aanranding) kunnen worden geplaatst, omdat het strafbaar feit gepleegd wordt onder bijzondere begeleidende omstandigheden; in dit geval in dienstverband (werkverhouding).

Deze thesis levert een bijdrage aan de gemeenschap voor het in grote mate terugdringen van seksueel molest op de werkplek. Een speciale dank gaat uit naar de personen mr. S. Simboedath Panday (begeleider), mr. S. Ramdajal (meelezer), mr. K. Mahabier (meelezer), mr. J. Headley (meelezer/docent) en mr. R. Brijobhokun (opleidingscoördinator).

Bron: http://www.dbsuriname.com/dbsuriname/index.php/thesis-over-seksueel-molest-op-de-werkvloer/

woensdag 12 augustus 2015

Internationale Dag van de Jeugd

Jongeren kijken kritisch naar de oorzaken van
problemen in hun gemeenschap
Vandaag staat de wereld stil bij het belang van de stem van jongeren. Zeker wanneer het gaat om duurzame ontwikkeling, is participatie van jongeren meer dan een waardevolle bijdrage. Het is een vereiste.

Er wordt gekeken naar welke acties van het Actieplan
zijn uitgevoerd
“In this landmark year, as leaders prepare to adopt a bold new vision for sustainable development, the engagement of youth is more valuable than ever. At this critical moment in history, I call on young people to demand and foster the dramatic progress so urgently needed in our world.” - Ban Ki-moon, secretaris-generaal van de Verenigde Naties.

PROJEKTA focust zich al een aantal jaar op jongerenparticipatie. In verschillende ontwikkelingsprogramma’s werken wij aan de capaciteitsversterking van jongeren en organisaties die werken voor en met jongeren.

Er wordt druk geoefend met interviewen
Alles wordt gefilmd voor de documentaire
Sinds een aantal weken zijn wij weer druk aan het werk in Moengo. De dienstverleners van het Moengo Netwerk en jongeren voorzien wij van training op het gebied van monitoring en rapportage van beleid dat betrekking heeft op jongeren. In 2014 heeft PROJEKTA in samenwerking met hen het ‘Actieplan voor Jongeren in Moengo’ opgesteld. Bijna een jaar na dato is het tijd om met de betrokkenen te kijken of wat er toen afgesproken is, ook daadwerkelijk uitgevoerd wordt. Middels creatieve methoden van monitoring leren de deelnemers van de trainingen hoe zij hun ervaring kunnen delen en mening kunnen laten horen. 
De jongeren worden bijvoorbeeld getraind in het afnemen van interviews, met als doel een documentaire te maken van de ontwikkelingen van, en het werk voor en met jongeren in Moengo.
In de volgende blogberichten kunt u meer lezen over ons werk met jongeren:

Ook de dienstverleners van het Moengo Netwerk buigen
zich over het Actieplan


Lees hier meer over het thema van de Internationale Dag van de Jeugd van dit jaar.