Door Carla
Bakboord
De verkiezingen met zijn felle campagnes zijn achter
de rug en wij gaan over tot de orde van de dag. Women’s Rights Centre, het
Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur en de Ook Zij-campagne
volgen de uitslag met argusogen. Is ons streven van 30 procent vrouwen in De
Nationale Assemblee gehaald?
De strijd om vrouwen in
het politieke machtscentrum te krijgen, wordt sinds de twintigste eeuw gevoerd.
Belangrijke voorvechters zoals mr. J. C. de Miranda en Corry Tendeloo hebben
daar een flinke bijdrage aan geleverd. In de jaren negentig benadrukte het
Vrouwen Parlement Forum met zijn leus, “Kies Bewust, Stem op een Vrouw” het
recht op voorkeurstemmen.
Nu zet de Ook
Zij-campagne in samenwerking met DNA deze strijd voort. Meer vrouwen in DNA is
een feit en dat de nieuwe regering niet kan achterblijven is een kwestie van
rechtvaardigheid. Ik sprak met twee nieuwbakken vrouwelijke parlementariërs;
Krishna Mathoera (V7/ VHP) en Jennifer Vreedzaam (NDP). Beiden hebben bewust
een keuze gemaakt om via het hoogste politiek bestuurlijk orgaan bij te dragen
aan structurele veranderingen die zowel vrouwen als mannen ten goede komen.
Krishna
Hussainali-Mathoera
Krishna Hussainali-Mathoera, vijfde uit een gezin
van negen kinderen, is opgegroeid te Boma. Van haar ouders, die leefden van de
landbouw, leerde zij hard te werken en moest ze vroeg opstaan om te studeren.
Haar succesvolle carrière startte bij de Dienst der Belastingen en werd
voortgezet bij het Korps Politie Suriname. Zij doorliep de officiersopleiding
en behaalde een master in Public Administration. Krishna is sociaal actief en
voorzitter van Art of Living.
Waarom heb
jij je kandidaat gesteld voor DNA?
|
Krishna Hussainali-Mathoera |
“Als lid van DNA, het hoogste politieke orgaan, kan
ik invloed uitoefenen op het bestuurlijk apparaat. Zo kan ik ons land op een
hoger en breder niveau dienen. Tijdens mijn loopbaan en in mijn
vrijwilligerswerk heb ik ervaren dat de samenwerking binnen het bestuur niet
goed op gang komt. Er wordt onvoldoende doorgedacht om integral beleid te
maken. Men werkt nog teveel in hokjes. Dit kan beter aangepakt worden. Ik ben
zeer begaan met jongeren die in de criminaliteit terechtkomen. Ik wil dat ze
eruit komen, dat zij resocialiseren. Dit betekent dat diverse ministeries zoals
Justitie en Politie, Sport- en Jeugdzaken en Arbeid daar beleid op moeten maken
dat op elkaar is afgestemd. En dat zie ik onvoldoende.
Ook als het gaat om
huiselijk geweld. Het is niet de verantwoordelijkheid van de politie alleen.
Ministeries zoals Sociale Zaken en Volkshuisvesting, Volksgezondheid en anderen
moeten hun verantwoordelijkheid kennen en nemen. Ook hier moet er duidelijk
afstemming zijn. Een structurele oplossing is voor mij belangrijk. En als
DNAlid kan je de regering hierop terecht wijzen en controleren. Als we meer
liefde voor elkaar hebben en elkaar meer ondersteunen, zullen we ook meer
bereiken voor dit land. In het verkiezingsprogramma van VHP/V7 is de mens de belangrijke
factor in de ontwikkeling.”
Zo vertelt Krishna dat
waar er een achterstand is, zij zich zullen inzetten in het opheffen van die achterstand.
“Jongens bijvoorbeeld hebben een achterstand in het onderwijs. Daar moeten we beleid
op maken. Anders krijgen we weer een andere ongelijkheid. En dat is niet het
streven. Dit geldt ook voor andere groepen die gediscrimineerd worden zoals de
LGBT-groepen en mensen met een beperking. Wij moeten mogelijkheden creëren voor
achtergestelde groepen zodat zij actief kunnen participeren in processen van
onze samenleving. Ik heb ook ervaren dat mensen weinig informatie hebben. Vaak weten
zij niet waar te gaan voor hulp. Een meldpunt zou goed dienst kunnen doen. Of
het nu om huiselijk geweld gaat of andere problemen. Het gaat erom dat we zaken
preventief moeten aanpakken. Drugverslaafden hebben een grote impact op de
kwaliteit van het leven van hun familie.
Hoe sneller je deze mensen helpt, hoe beter je kan
voorkomen dat zij dieper in de verslaving raken.
Een vroege signalering waarbij, via het meldpunt,
bevoegde instanties direct kunnen anticiperen. Dit zijn onder meer de kwesties waar
ik mij als DNA-lid professioneel voor zal inzetten. Zo zal ik steeds nagaan
welke issuesin het belang zijn van de mens en middels dialoog deze op de
DNAagenda krijgen. Als oppositie kan je namelijk veel betekenen door regelmatig
te lobbyen; zowel met civil society als regeringsvertegenwoordigers. Zo wil ik
draagvlak creëren voor prangende kwesties.”
Jennifer
Vreedzaam
Jennifer is een Inheemse vrouw uit het dorp
Pierrekondre Kumbasie in district Para. Zij komt uit een politiek bewust gezin.
De vele discussies met haar ouders, Harriette Joeroeja en Werner Vreedzaam,
over de ontwikkeling van Suriname hebben haar mede gevormd tot de vrouw die zij
vandaag is. Zij leerden haar dat je niet alleen voor jezelf leeft, maar dat je
je moet inzetten voor anderen.
Waarom heb
jij je kandidaat gesteld voor DNA?
|
Jennifer Vreedzaam |
“Ik stond er eerst niet bij stil toen de
dorpsbesturen en gemeenten mij hadden voorgedragen. Ik twijfelde. Ik besefte
het niet. Er was ook een andere vrouwelijke kandidaat. Toen de keus eenmaal op mij
viel, werd ik er bewust van dat het volk mij wilde hebben. Ik aarzelde niet
meer en besloot mijn kandidaatschap te aanvaarden. Want ik realiseerde mij dat
ik op DNA-niveau veel meer kan doen. Ik stond er helemaal niet bij stil dat het
mensen opviel wat ik doe voor de samenleving. Ik werkte namelijk eerst bij het
Bureau Openbare Gezondheidszorg voor het binnenland. Daarna ben ik overgeplaatst
naar het ministerie van Sport- en Jeugdzaken; ook voor het binnenland.
Bovendien ben ik actief in de NDP en die houdt zich bezig met sociale
projecten. Niet wetende dus dat mensen mij volgen en beoordelen.
Als DNA-lid kan ik nu
meer invloed uitoefenen op het decentralisatieproces. Ik kan dan meer controle
uitoefenen op het rechtmatig verdelen van bronnen. We moeten er aan werken dat
niet alles centraal in de stad gebeurt, maar dat ook de districten en het binnenland
er baat bij hebben. Ik heb daar altijd voor gevochten en kan nu een wezenlijk
bijdrage leveren. En dat begin ik steeds meer te beseffen. De hervormingen
moeten komen. Zo zullen de gelden voor de districten ook bijdragen aan het
welzijn en welvaart van vrouwen en kinderen in de districten en het binnenland.
Ik heb namelijk gezien
dat de issues van vrouwen op de plantages hetzelfde zijn als die van de dorpen
en andere gebieden. Of het nu gaat om Marron- of Inheemse vrouwen. Ik heb het
dan over Para. Para heeft een bepaalde ontwikkeling meegemaakt. Maar heel veel
vrouwen zijn niet meegenomen in het process van bijvoorbeeld scholing. Vrouwen
willen scholing, herscholing, de Bigismaskoro, de avondschool. Dat vind ik
fantastisch. Ik zeg het je eerlijk. De mensen hebben het zelf aangegeven: ‘ik
wil terug naar school’. Heel veel mensen zitten in geoccupeerd gebied. We weten
dat de regering moeite zal doen. Maar velen willen zich scholen zodat zij
misschien later terug kunnen gaan naar hun eigen gebieden. Titel krijgen op
grond is ook voor vrouwen belangrijk voor hun bestaansrecht. Daarnaast willen
vrouwen de agrarische productie aanpakken. Ik ga mij dus ook hiervoor inzetten.
Gezinslandbouw met andersoortige agrarische methodieken. Ik heb al een aantal
vrouwen geïdentificeerd die planten en leveren aan de cassava fabriek. De
potentie is er voor vrouwen om zich te ontwikkelen. In Para zijn meer dan 80
procent vrouwen gekozen in de ressort- en districtsraad. Zij zijn middelbaar en
hoger geschoold, ook van de Anton de Kom Universiteit. Zij zullen bestuurlijk
verder geschoold worden. Dit wordt mooi voor Para, omdat we verder gaan voor de
institutionele versterking en decentralisatie. Samen met de rr- en dr-leden
zullen wij de overheidsinstrumenten gebruiken voor verdere ontwikkeling van
zowel vrouwen als mannen in dit district. De welwillendheid is er en dat maakt
dat ik enthousiast ben.”.-
Dit
artikel verscheen maandag 8 juni in de rubriek ‘Genderoptiek’ van de Ware Tijd.
Deze rubriek is één van de middelen van het Women's Rights Centre om
gendergelijkheid en gendergelijkwaardigheid te bevorderen, vrouwenrechten te bepleiten
en alle vormen van geweld tegen vrouwen uit te bannen.