Onderstaand persbericht is op vrijdag 17 februari verstuurd naar alle media.
Zandafgravingen te Braamspunt Foto: Rudi van Kanten |
Het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur (BINI)
schaart zich achter de oproep van het WWF, CI Suriname, Green Heritage Fund
Suriname en de SHATA (Suriname Hospitality and Tourism Association) om de
zandafgravingen te Braamspunt onmiddellijk stop te zetten.
De milieuorganisaties en de SHATA hebben duidelijk aangegeven
welke de gevolgen zijn van het besluit om, ondanks de adviezen van experts,
toch weer vergunningen te verlenen aan ondernemers voor het afgraven van zand
en schelpen langs onze kwetsbare kust.
Het is onbegrijpelijk dat het Ministerie van Natuurlijke
Hulpbronnen is overgegaan tot deze toestemming. Immers, het was de huidige
minister zelf die aan het WWF vroeg om een gedegen studie te doen naar de
effecten van zandafgravingen aan de kust en in de kustvlakte. Het
wetenschappelijk advies dat voortkwam uit deze studie was dat er onder geen
beding langer zand en schelpen mogen worden gewonnen- de korte en lange termijn
effecten op de biodiversiteit en op de kustbescherming zijn onomkeerbaar.
Een vraag die gesteld kan
worden is: waarom vraagt de Overheid advies van een breed team van deskundigen
als zij dat toch naast zich neer zal leggen als het advieshaar niet goed uitkomt?
Maar de vraag die gesteld moetworden
is: op basis waarvan worden besluiten nu eigenlijk genomen, en door wie? Deze
onduidelijkheid over besluitvormingsprocedures en wie nu waar verantwoordelijk
voor is, geeft aan hoe slecht het gesteld is met het goed-bestuurprincipe van
transparantie en rekenschap.
Tegelijkertijd is het schrijnend om te zien hoe weinig de
Regering zich iets aantrekt van haar eigen officiële voornemens. Er is een
totale disconnectie tussen woord en daad.
In de Regeringsverklaring van het tweede Kabinet Bouterse wordt
de bescherming van de kust als één van de belangrijkste randvoorwaarden voor
het voortbestaan van de natie gezien; van cruciaal belang, en daarom zal er “de
nodige prioriteit, onvoorwaardelijke politieke en beleidsaandacht” hieraan
worden gegeven, voor een structurele en duurzame oplossing.
“Er zal een urgentiebeleid van duurzame bescherming van onze kust
gevoerd worden”; “De Regering streeft naar het behoud van evenwichtige
ecosystemen in het kader van duurzame ontwikkeling. Dit betekent dat wij de
grotendeels ongerepte natuurlijke
omgeving die wij geërfd hebben, niet alleen zullen beschermen, maar ook tot een
geïntegreerd deel zullen maken van het economisch beleid gericht op de versnelde
ontwikkeling van Suriname”. En als uitsmijter uit de paragraaf over
milieubeleid: "Het milieubeleid (...) zal speciale aandacht geven aan de
bescherming van de kust en het management van de kustzone.”
Het besluit is ook in tegenspraak met de zorgplicht van de Staat
zoals verankerd in artikel 6g van de Grondwet, nl.: "het scheppen en het
bevorderen van condities, nodig voor de bescherming van de natuur en voor
het behoud van de ecologische balans."
In zijn reactie in DNA stelt Minister Dodson dat de economische
belangen in de bouw- en constructiesector de doorslag hebben gegeven voor het
besluit. Echter, als wij als land werkelijk duurzame ontwikkeling nastreven
kunnen korte termijn economische belangen van een enkelen nimmer staan boven het nationaal
belang.
Protesten van milieu-organisaties Foto: Starnieuws |
Het besluit voor de zandafgravingen op Braamspunt is niet alleen
tegen elk principe van duurzame ontwikkeling, maar is ook in strijd met de door
de Regering zo graag beoogde diversificering van de economie en
armoedebestrijding. Immers, zandafgravingen leveren inkomsten aan slechts een
aantal ondernemers, maar het schildpadtoerisme is een inkomstenbron van lokale
gemeenschappen, die weinig andere economische mogelijkheden hebben. Bovendien
is Braamspunt het dichtsbijzijnde strand vanaf Paramaribo en het leent zich uitstekend
voor lokale dagtoeristen die zich een duurdere strandreis misschien niet kunnen
permiteren.
Dit betreurenswaardig besluit was mede mogelijk vanwege het
ontbreken van een goede institutionele structuur voor de milieusector. Er is geen
enkel ministerie meer dat milieu onder zich herbergt, waardoor het elke keer
weer gissen is wie verantwoordelijk is voor handelingen, voor bedenken en
uitvoeren van de beleidsvoornemens en het toezicht daarop. Ook het gebrekkig
wettelijk kader draagt bij aan de chaotische besluitvorming- in troebel water
is het immers goed graven.
Het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur roept
daarom niet alleen op tot onmiddelijke stopzetting van de zandafgravingen, maar
roept de Regering ook op om nu duidelijkheid te scheppen in
besluitvormingsprocessen door het instellen van een duidelijke, transparante
institutionele – en besluitvomingsstructuur voor milieu. Aan de Nationale
Assemblee de taak om met de meeste spoed de Milieuraamwet en de Wet op Kustbescherming
in behandeling te nemen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten