Op donderdag jl presenteerden wij de 5e editie van de State of Democracy Nieuwsbrief. Hier alvast de inleiding..
Hoe vaak hebben we de afgelopen vijftien, twintig jaar niet verzucht: het kan niet erger worden dan dit. En dan verrassen de beleidsmakers en politici ons – ze boren met gemak nieuwe dieptepunten aan. 2014 is daar geen uitzondering op.
Is het echt alweer bijna vijf jaar geleden dat we naar de stembus gingen? Het is moeilijk te vatten, het afgelopen jaar leek het immers alsof we nooit van de campagnes af zijn geweest –elke aangelegenheid wordt aangegrepen om partijpolitiek te spelen. Een nieuw dieptepunt, vanwege de schaal waarop dit nu plaatsvindt, is de wijze waarop Partij en Staat synoniem lijken te zijn geworden voor de regerende partijen. Gronduitgifte ceremonieëen, Bigi Sma Dei, je kan het zo gek niet verzinnen – datgene waar burgers recht op hebben en wat met staatsmiddelen wordt gefinancierd, wordt gebracht als gunst van de partij. En de burgers laten het zich welgevallen.
De sfeer rond de verkiezingen lijkt nu al grimmiger dan voorheen, en de grimmigheid zal alleen maar erger worden, vrezen wij. Helaas is de strijd tot nu toe vooral toegespitst op het elkaar beschimpen, bespotten of beschuldigen en, het allergrofst, simpelweg strooien met geld. Wat we nauwelijks merken zijn discussies gebaseerd op heldere ideeën, terwijl in een volwassen democratie je toch minstens een ideeën- en ideologische strijd mag verwachten. En de kiezers laten het zich welgevallen.
Heeft u tijd om depressief te worden? Lees dan de regeringsverklaring, lees het Ontwikkelingsplan 2012-2016, lees het coalitie-akkoord. En ga na wat er van al die afspraken, mooie dromen en bloemrijke woorden is overgebleven. Opeenvolgende regeringen schrijven plannen, maar raken dan geconfronteerd met de gevolgen van de uitholling van capaciteit binnen de overheid – te danken aan alle politieke benoemingen. Ze raken hopeloos verstrikt in hun eigen interne machtsstrijd en het in de gaten houden van de coalitiegrenzen. Ministeries zijn partij-eilanden, en de eilanden praten niet met elkaar. Voor elk wissewasje moet de Ministerraad een besluit nemen, of de VP, of de coalitietop, of de President. En monitoring van beleid is helemaal een vies begrip.
Is deze regering daar nu uitzonderlijk in? Welnee. Maar ergens is toch altijd de hoop dat een regering leert van de fouten van haar voorgangers. Als u deze nieuwsbrief leest, dan wordt duidelijk dat die hoop vooralsnog ijdel is.
Wat wij wensen voor het komend jaar is eigenlijk heel simpel: kiezers die niet meer stemmen voor de partij die hun persoonlijk belang, maar het algemeen belang willen en kunnen behartigen; dat we keuzes maken op basis van realistische en doordachte verkiezingsprogramma’s, die op tijd worden bekendgemaakt, begrijpelijk zijn, en nagerekend zijn. We hopen dat kiezers – ondanks alle ergernis – toch nog gaan stemmen, maar dat ze goed nadenken voor ze dit dierbare recht uitoefenen – dat ze niet meer stemmen op politici die recht en rechtstaat aan hun laars lappen, corrupt zijn, vrouwen vernederen, onzichtbaar blijven, of gewoon wegblijven uit ’s lands vergaderzaal.
Waar we op hopen, zijn wakkere, kritische, actieve burgers. Zij alleen zijn de redding van ons land. -
(Afkomstig uit de State of Democracy Nieuwsbrief 2014. Voor de volledige nieuwsbrief, klik hier)
(Afkomstig uit de State of Democracy Nieuwsbrief 2014. Voor de volledige nieuwsbrief, klik hier)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten