vrijdag 29 oktober 2021

Consultant gezocht: inheemsen in actie tegen geweld tegen vrouwen & meisjes

Projekta en de Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname zoeken een consultant voor het uitvoeren van een baseline studie voor het 3-jarig project ‘Inheemsen in Actie tegen Geweld tegen Vrouwen en Meisjes’. 

De Terms of Reference vindt u hier: https://drive.google.com/file/d/1PDNIQ734eQg0ZguDcXJ9f-3v1UibGwQM/view?fbclid=IwAR1NNpPkGETUnBZpFljIPFytoILkP9VjSVovlKdrRE5abLRuipL3dxbTAX0

De deadline voor het indienen van offertes is vrijdag 12 november 2021. 


dinsdag 19 oktober 2021

A Jaw De Kinderweek reikt kinderen geheim wapen aan

Terwijl achterop een groepje kleuters rustig zit te tekenen, luisteren de oudere kinderen van Goede Verwachting aandachtig naar Rachel van Projekta en juf Parris die vertellen over goede en slechte geheimen én hun geheime wapen.

Twee weken geleden organiseerde Stichting A Jaw De een kinderweek. In samenwerking met Projekta zijn er drie interactieve dagen ontwikkeld met activiteiten die gaan over geweld tegen kinderen. Dit is onderdeel van het pilotproject ‘Versterking van buurtorganisaties tegen huiselijk geweld met de focus op geweld tegen kinderen en gender gerelateerd geweld’ en wordt gefinancierd door het Kinderfonds van de Verenigde Naties (UNICEF) in Suriname.

Het pilotproject is gericht op het versterken van gemeenschapsorganisaties tegen huiselijk geweld, met de focus op geweld tegen kinderen. Als onderdeel hiervan hebben vijftien personen van gemeenschapsorganisaties Sari (Nickerie), BUPO (Pontbuiten en omgeving), Stibula (Latour) en A Jaw De (Goede Verwachting) verschillende trainingen gevolgd. De opgedane kennis zullen de buurtwerkers gebruiken om bewustwording te creëren over onder andere kindermishandeling bij kinderen en geweldloos opvoeden bij opvoeders in de buurten/districten waar de organisatie actief is.

De laatste activiteit van de A Jaw De Kinderweek vond plaats op zaterdag 8 oktober en begint met een korte herhaling van de vorige sessies. Wat hebben jullie onthouden van de vorige keer, vraagt Rachel aan de kinderen. Een paar kinderen zeggen dat ze geleerd hebben dat er verschillende vormen van kindermishandeling zijn. Fanatiek noemen ze verschillende vormen van lichamelijke mishandeling:

Slaan!

Baksen!

Zwepen!

Gevraagd naar andere vormen blijft het even stil. Een jongen probeert het voorzichtig: “Het is mishandeling dat die jongen is gaan schuilen onder de tafel.” Hij beschrijft de praatplaat van een kind dat getuige is van huiselijk geweld en zich verschuilt onder de tafel wanneer zijn ouders ruzie maken.

Rachel vraagt of ze nog weten dat je ook op een andere manier pijn kunt hebben en ze legt twee handen op haar borst. “Pijn in je hartje!”, roepen ze in koor.

Dat kinderen een wonderlijk geheugen hebben, bleek deze dag ook weer. “Dat van die Iphone 13 is ook kindermishandeling”. Na doorvragen blijkt dat ze bedoelen dat het emotionele verwaarlozing is dat wanneer een kind zijn moeder wil laten zien dat hij een goed cijfer heeft gehaald, zij alleen maar bezig is op haar telefoon en hem negeert.


Goede en slechte geheimen

Het spel dat ze donderdag hebben gespeeld met de groene en rode bordjes is ze ook bijgebleven. Hierbij kregen ze uitleg over goede en slechte geheimen. Ze vertellen enthousiast dat ze bij een goed geheim een groen bordje omhoog moesten houden. Een goed geheim duurt niet lang. Maar iemand die je een slecht geheim vertelt, wil dat je dat voor altijd bewaart, en dat je verdrietig wordt van slechte geheimen. Alle vormen van kindermishandeling, waar kinderen niets over mogen zeggen zijn slechte geheimen.

Vandaag krijgen de kinderen de opdracht om een slecht geheim op een voetje te schrijven. 

Het zien van al deze manieren van kindermishandeling bij elkaar, maakt duidelijk dat er nog veel werk te verzetten is. “Je hartje breekt,” zegt een meisje als antwoord op de vraag hoe je je voelt als deze dingen tegen je gezegd of gedaan worden.


Geheim wapen

Gelukkig kunnen ze een manier leren om hiermee om te gaan. Ze hebben namelijk een geheim wapen: praten! Omdat dit makkelijker gezegd is dan gedaan, krijgen de kinderen voorbeeldzinnen om mee te oefenen. Stel je wil iets dat je is overkomen vertellen aan je moeder, wat zeg je dan? Of je wilt de politie bellen, hoe begin je dan het gesprek? En wie zou je nog meer kunnen vertellen, wie in jouw omgeving zal naar je luisteren? 

Spelenderwijs worden de kinderen ervan overtuigd dat praten over nare dingen die ze meemaken een goed begin is van de oplossing. Om ook de slechte geheime die ze op het voetje hebben geschreven te bestrijden met hun geheime wapen, mogen ze op een ander voetje iets schrijven wat ze kunnen zeggen. Dit voetje mogen ze zelf op het andere voetje plakken, zodat het slechte geheim verdwijnt.

Deze eerste A Jaw De Kinderweek is zeker voor herhaling vatbaar: de kinderen van Goede Verwachting hebben het erg naar hun zin gehad en ze vonden het leerzaam.

“Ik ben blij dat ik dingen heb mogen komen leren. Dat van lichamelijke verwaarlozing wist ik niet. Eerst ging ik een kind met een gescheurde uniform uitlachen. Maar nu weet ik dat ik hem niet moet uitlachen, want ik weet niet wat er thuis gebeurt.”

Aan het eind van de dag gaven veel kinderen aan dat ze blij zijn dat ze geleerd hebben over hun geheime wapen. “Ik weet dat ik mijn geheime wapen heb en ook al ga ik stotteren, ik ga het gebruiken.” 

Team A Jaw De

dinsdag 12 oktober 2021

Projekta presenteert prioriteiten uit schaduwrapport aan VN-lidlanden

Afgelopen donderdag 7 oktober 2021, pleitte Projekta voor onder andere een Wet Openbaarheid van Bestuur en meer aandacht voor kinderbescherming tijdens de zogeheten Pre-session voor de Universal Periodic Review (UPR) van Suriname.

Tijdens deze sessies, die dit jaar vanwege Covid-19 online plaatsvonden, worden vertegenwoordigers van nationale mensenrechteninstituten en maatschappelijk organisaties in de gelegenheid gesteld om de situatie wat mensenrechten betreft aan te kaarten bij de permanente missies van de lidstaten van de Verenigde Naties (VN). De sessies worden georganiseerd door de internationale organisatie UPR Info, die ook een trainingstraject verzorgde in aanloop naar de sessies.

Projekta gaf tijdens de Pre-Session aan dat, om het recht op informatie te kunnen beleven, het de hoogste tijd is dat deze regering haar verkiezingsbelofte van een Wet Openbaarheid van Bestuur waarmaakt. Voor de realisering en navolging van deze wet, moet de regering samenwerken met het parlement en maatschappelijke organisaties. 

Voor betere kinderbescherming en dienstverlening voor kinderen die slachtoffer zijn van geweld, is het volgens Projekta van essentieel belang dat de regering doorgaat met het Integraal Kinderbeschermingsnetwerk (IKBeN) en in het bijzonder de interministeriële technische commissie voor kinderbescherming. Er moet voldoende geld worden begroot en toegekend aan het versterken en ondersteunen van dienstverlenende instanties vanuit de overheid; het versterken van de dienstverlening door maatschappelijke organisaties; en noodopvang voor kinderen voorzien van voldoende middelen en opgeleid personeel. 

Onderwerpen van de verschillende landen welke tijdens de Pre-sessions van 6 en 7 oktober 2021 zijn besproken. Bron: upr-info.org

Universal Periodic Review

De UPR is het rapportagesysteem waarmee de Mensenrechten Commissie van de Verenigde Naties, de stand van zaken van mensenrechten van alle 193 VN-lidlanden beoordeelt. De lidstaten rapporteren over hun vorderingen voor het verbeteren van de beleving van alle mensenrechten in hun land. Suriname rapporteert tijdens de 39e Working Group sessie op 1 november 2021. Bij deze derde review voor Suriname wordt de periode mei 2016 – maart 2021 onder de loep genomen. 

Als aanvulling op de nationale rapportage van de lidstaten, kunnen maatschappelijke organisaties schaduwrapporten indienen. Eind maart heeft Projekta haar schaduwrapport ingediend bij de Mensenrechten Commissie. 

Projekta rapporteert hierin over mensenrechtenschendingen met betrekking tot vrijheid van meningsuiting, persvrijheid, kinderbescherming, financiële hulp voor kwetsbare kinderen (in tehuizen), mensenrechten en giftige afvalstoffen (kwikvervuiling in het bijzonder), mensen met een beperking en het uitblijven van een nationaal Mensenrechteninstituut. Voor elk thema heeft Projekta aanbevelingen gedaan hoe de staat Suriname de situatie dient te verbeteren. 

Lees voor meer informatie over de UPR en Projekta’s participatie in het proces de eerder verschenen berichten over kwikvervuiling en persvrijheid


UPR Info Pre-session panel van Suriname

Het panel van de Pre-session van Suriname bestond naast Projekta uit de Surinaamse NGO’s Stichting Lobi Health Center en Parea (die tevens Women’s Rights Centre vertegenwoordigde) en de International Human Rights Clinic van de University of Oklahoma College of Law. 

Door middel van vooraf opgenomen video-statements hebben de panelleden de aanwezige vertegenwoordigers van de permanente missies meer inzicht gegeven in de mensenrechtensituatie in Suriname. Meer nog hebben zij de landen opgeroepen om de aanbevelingen uit de bij de HRC ingediende schaduwrapporten over te nemen tijdens de Working Group sessie waarbij de staat Suriname gereviewd wordt. Tijdens de sessie van Suriname waren er vertegenwoordigers van de permanente missies van de VN in Genève aanwezig van Frankrijk, België, Nederland, Australië, Canada, Italië en Ierland. 

De thema’s die door de andere organisaties aangekaart zijn, betroffen rechten van inheemse volkeren, gezondheid en milieu; seksuele en reproductieve gezondheid, seksuele voorlichting, baarmoederhalskanker en het decriminaliseren van abortus; vrouwenrechten en gendergelijkheid en discriminatie vanwege seksuele geaardheid en genderidentiteit en -expressie. 

Projekta’s statement is hier terug te lezen. De statements van de andere organisaties en andere informatie over de UPR van Suriname is op de website van UPR Info terug te lezen.

Klik hier voor het volledige schaduwrapport van Projekta.

maandag 30 augustus 2021

Projekta zoekt projectcoördinatoren en -assistenten

WIE ZIJN WIJ EN WAT DOEN WE?

PROJEKTA werkt aan het verbeteren van mensenrechten, democratie en goed bestuur in Suriname. Hierbij zijn vrouwenrechten en gendergelijkheid altijd een centraal punt.

Ons werk is heel divers. We werken met gemeenschapsorganisaties, dorpsbesturen, en andere NGO’s, maar ook met DNA, internationale en regionale organisaties, en de overheid. We organiseren trainingen, begeleiden gemeenschapsorganisaties om nog effectiever te zijn, geven lezingen en workshops, organiseren bewustwordingscampagnes, onderzoeken, schrijven, publiceren en doen nog veel meer. 

De komende jaren werken we o.a. aan het tegengaan van huiselijk geweld (ook geweld tegen kinderen), het bevorderen van mensenrechten in het algemeen, inclusief LGBTQ rechten, goed bestuur en burgerparticipatie, en zoals altijd, het versterken van gemeenschapsorganisaties en het maatschappelijk middenveld. 

Wij breiden ons team uit en zoeken enkele part-time en full-time projectmedewerkers, m.n. projectassistenten en projectcoördinatoren.

Bij Projekta werken we altijd als een team. Als projectmedewerker wordt van je verwacht dat je multi-inzetbaar bent, meewerkt aan meerdere projecten, en dat je de organisatie vertegenwoordigt in activiteiten van onze partnerorganisaties. 


WAT DOET EEN PROJECT ASSISTENT?
Een project assistent houdt zich bezig met logistieke organisatie en het onderhouden van contacten met deelnemers van activiteiten en programma’s. De assistent is ook verantwoordelijk voor de administratie van activiteiten. Daarnaast draagt een assistent bij aan het (inhoudelijk en organisatorisch) ontwikkelen van activiteiten, onderzoek, en rapportages. Er wordt van een assistent verwacht dat die doorgroeit naar het zelfstandig kunnen werken met partners en deelnemers, en zelfstandige ontwikkeling en beheer van activiteiten.

WAT DOET EEN PROJECTCOÖRDINATOR?
Een projectcoördinator is verantwoordelijk voor de dagelijkse voortgang en monitoring van een project. De coördinator maakt werkplannen, ontwerpt activiteiten, en is verantwoordelijk voor de uitvoering daarvan. De coördinator draagt bij aan het opzetten en uitvoeren van onderzoek als dit nodig is, en zorgt voor de interne en externe communicatie van het project. Daarnaast is de projectcoördinator verantwoordelijk voor de rapportages van het project.

WIE ZOEKEN WE?
Je bent geïnteresseerd in maatschappelijke vraagstukken en je wil graag bijdragen aan een rechtvaardige samenleving.
Je hebt een HBO of Universitair denk- en werkniveau, met liefst een achtergrond in de sociale wetenschappen, of sociaal culturele vakken. Ook (nog) niet afgestudeerden, of personen uit een andere richting kunnen solliciteren. 
Je beheerst het Nederlands en Engels, en het liefst ook Sranantongo. Kennis van meerdere Surinaamse talen is een aanbeveling. 
Je kan goed overweg met de computer, en kan tenminste werken in Word, Excel, Powerpoint.
Beschikbaar zijn voor veldwerk (met in achtneming van Covid-regels) in en buiten Paramaribo is een aanbeveling.
Je bent flexibel inzetbaar - qua type werk en tijd.
Je vindt het niet erg om kritisch begeleid te worden.
Je bent leergierig, zoekt graag zelf dingen uit, maar durft hulp te vragen als je iets niet weet/kan.
Je houdt van uitdagingen en wil je graag breed ontwikkelen.

WAT WIJ BIEDEN
Een uitdagende baan, met enige flexibiliteit in je werkuren.
Een goed salaris
De normale secundaire voorwaarden (voor full-timers)
Een omgeving waarin je jezelf kan ontwikkelen
Studeer je nog, dan krijg je de gelegenheid werk en studie te combineren.

Heb je belangstelling, vul dan hier het Google formulier in. De uiterste datum voor aanmelding is woensdag 8 september
Lukt dit niet, stuur dan een email naar projekta@sr.net of app naar: 8677022
We sturen dan het formulier voor je op.

maandag 7 juni 2021

Kwikvervuiling heeft onomkeerbaar schadelijk effect op veilige voedselvoorziening

Op maandag 7 juni was het World Food Safety Day (Wereld Voedselveiligheid Dag). Op deze dag wordt er aandacht gevraagd voor het voorkomen, ontdekken en managen van door voedsel overgedragen risico’s, om te kunnen bijdragen aan voedselzekerheid, menselijke gezondheid, economische welvaart, landbouw, markttoegang, toerisme en duurzame ontwikkeling. Het thema voor 2021 is ‘Veilig Voedsel vandaag voor Gezondheid Morgen’.

Eind maart heeft Projekta in haar schaduwrapport voor de Universal Periodic Review (UPR) de situatie met betrekking tot mensenrechten en giftige afvalstoffen aangekaart en aanbevelingen gedaan om het gebruik van kwik uit te bannen. Het proces van de ontwikkeling en implementatie van wet- en regelgeving gerelateerd aan de Milieu Raamwet en de geratificeerde Minamata Conventie moet versneld worden. 

Projekta rapporteert ook over de gezondheidsrisico’s voor de Inheemse en tribale gemeenschappen in het binnenland door kwikvervuiling en doet aanbevelingen om een gezonde leefomgeving en gezondheidszorg voor hen te garanderen.

Veilige voedselvoorziening in gevaar

Met 93 procent bos, mag Suriname zich het groenste land ter wereld noemen. Maar wat hebben wij hieraan als we geen zorg dragen voor onze waardevolle natuur? De manier waarop momenteel nog voornamelijk aan mijnbouw gedaan wordt, heeft onomkeerbare schadelijke effecten voor de gezondheid van mensen en het milieu. Kwik heeft een vernietigende werking op ecosystemen. Rivieren raken vervuild, waterplanten en -dieren vergiftigd. Waar Inheemse en tribale volken sinds jaar en dag afhankelijk zijn voor hun eiwitconsumptie van onder andere vis uit de rivieren, is deze voedingsbron hen door kwikvervuiling ontnomen. Veilige voeding is voor hen niet langer gegarandeerd.

Dit is onacceptabel, te meer nog omdat opeenvolgende overheden commerciële bedrijven in staat hebben gesteld om natuurlijke rijkdommen uit het binnenland weg te nemen en er grof geld aan te verdienen, maar gefaald hebben de gemeenschappen te voorzien van voldoende toegang tot kwalitatieve gezondheidzorg.

Verschillende wetenschappelijke onderzoeken laten verhoogde concentraties kwik zien in het haar en bloed van Inheemsen en Marrons die langs rivieren wonen in gebieden waar aan mijnbouw gedaan wordt. Deze verhoogde concentraties hebben een negatief effect op de zwangerschap; bovengemiddeld veel vrouwen bevallen vroegtijdig (met premature baby’s tot gevolg). De onderzoekers stellen dat lokale vis zeer waarschijnlijk de bron van hun blootstelling aan kwik. De kwikniveaus in het haar zijn vergelijkbaar met die van vrouwen uit longitudinale studies gedaan in andere landen, waarbij er neurologische stoornissen zijn geconstateerd bij kinderen die voor en na hun geboorte blootgesteld zijn aan kwik.   

Multi-sectoraal beleid om kwik uit te bannen en de binnenlandbewoners te beschermen is essentieel. Daarnaast zijn cultuurgevoelige informatievoorziening en alternatieve voeding zeer belangrijk. Gelukkig worden er door ngo’s projecten gedaan die als voorbeeld kunnen dienen om voort te zetten en op te schalen. Een voorbeeld hiervan is het viskweek project van stichting Mulokot, waarbij de bewoners van Kawemhakan verzekerd worden van een veilige voedselvoorziening.

Universal Periodic Review

De UPR is het rapportagesysteem waarmee de Human Rights Council (HRC) van de Verenigde Naties (VN), de stand van zaken van mensenrechten van alle 193 VN-lidlanden beoordeelt. De lidstaten rapporteren over hun vorderingen voor het verbeteren van de beleving van alle mensenrechten in hun land. Suriname rapporteert tijdens de 39e Working Group sessie in november 2021. Bij deze derde review voor Suriname wordt de periode mei 2016 – maart 2021 onder de loep genomen.

Tijdens de vorige UPR in 2016 ontving Suriname 171 aanbevelingen van andere landen. De Staat Suriname ondersteunde een ruime meerderheid van deze aanbevelingen: zij zou die uitvoeren. Projekta concludeert in haar schaduwrapportage dat er sinds 2016 op sommige vlakken wel enige verbetering is opgetreden, maar helaas veel te weinig.

Projekta rapporteert ook over mensenrechtenschendingen met betrekking tot vrijheid van meningsuiting, persvrijheid, kinderbescherming, financiële hulp voor kwetsbare kinderen (in tehuizen), mensen met een beperking en het uitblijven van een nationaal Mensenrechteninstituut.-

dinsdag 4 mei 2021

Schaduwrapport Projekta: geen echte persvrijheid zonder Wet Openbaarheid van Bestuur

Eind maart heeft Projekta in haar schaduwrapport voor de Universal Periodic Review (UPR) de situatie met betrekking tot persvrijheid aangekaart en aanbevelingen gedaan om de persvrijheid te vergroten, onder andere door inwerkstelling van een Wet Openbaarheid van Bestuur.

Projekta rapporteert ook de gebrekkige toegang die journalisten hebben tot hooggeplaatste overheidsambtenaren, de boycot van sommige journalisten en mediahuizen door regeringen, en de steeds verdergaande centralisering van informatievoorziening vanuit de overheid. 


Persvrijheid

Op de meest recente World Press Freedom Index van de internationale NGO Reporters sans frontières (Verslaggevers zonder grenzen) prijkt Suriname op plaats 19. Politici kloppen zichzelf op de borst: kijk hoe vrij en veilig ons journalistieke klimaat is. In de praktijk zijn er helaas veel voorbeelden waaruit het tegenovergestelde blijkt. Projekta heeft enkele van deze voorbeelden opgenomen in haar schaduwrapport. Enkele aanbevelingen voor meer openheid en vrije meningsuiting zijn de behandeling en aanname van de Wet Openbaarheid van Bestuur, een halt toeroepen aan centralisering van overheidsinformatie (voorziening) en aan het verbieden van toegang van journalisten om verslaglegging te doen van openbare evenementen; het decriminaliseren van laster en smaad en deze plaatsen onder het civiel recht in overeenstemming met internationale standaarden.


Universal Periodic Review

De UPR is het rapportagesysteem waarmee de Human Rights Council (HRC) van de Verenigde Naties (VN), de stand van zaken van mensenrechten van alle 193 VN-lidlanden beoordeelt. De lidstaten rapporteren over hun vorderingen voor het verbeteren van de beleving van alle mensenrechten in hun land. Suriname rapporteert tijdens de 39e Working Group sessie in november 2021. Bij deze derde review voor Suriname wordt de periode mei 2016 – maart 2021 onder de loep genomen.

Tijdens de vorige UPR in 2016 ontving Suriname 171 aanbevelingen van andere landen.  De Staat Suriname ondersteunde een ruime meerderheid van deze aanbevelingen: zij zou die uitvoeren. Projekta concludeert in haar schaduwrapportage dat er sinds 2016 op sommige vlakken wel enige verbetering is opgetreden, maar helaas veel te weinig. In het bijzonder moet er nog veel bereikt worden op het gebied van rechten voor Inheemsen en tribale volken. Er is een enorm verschil tussen kwaliteit van en toegang tot diensten in de stad en in districten en het binnenland.

Projekta rapporteert ook over mensenrechtenschendingen met betrekking tot de aanwezigheid van giftige (afval)stoffen, kinderbescherming, financiële hulp voor kwetsbare kinderen (in tehuizen), mensen met een beperking en het uitblijven van een nationaal Mensenrechteninstituut.

donderdag 1 april 2021

Suriname blijft matig scoren op de Corruption Perceptions Index

De Corruption Perceptions Index (CPI) van Transparency International (TI) schetst een grimmig beeld van de staat van corruptie wereldwijd. Deze jaarlijkse index wijst dit jaar uit dat meer dan twee derde van de 180 landen onder de 50 punten (van de in totaal haalbare 100 punten) scoort. Suriname is hier met 38 punten geen uitzondering op. Wat wel opvallend is, is dat Suriname zes punten minder heeft gescoord dan op de CPI 2019, en daarmee 24 plaatsen lager op de lijst is komen te staan.

Suriname op de CPI 2020

Suriname op de CPI 2019

Zoals Projekta in een eerder blogbericht over de Democracy Index 2020 aangaf, heeft Covid-19 wereldwijd gezorgd voor een toename van corruptie. Dit onderstreept TI ook met hun analyse waaruit blijkt dat corruptie niet alleen de wereldwijde gezondheidsaanpak van Covid-19 ondermijnt, maar ook bijdraagt aan een voortdurende democratische crisis. 

Covid-19 heeft de diepe sociale en economische ongelijkheid extra duidelijk gemaakt en had een disproportioneel negatief effect op groepen die al kwetsbaar waren, waaronder vrouwen en kinderen, inheemse en tribale volken en ouderen. 


Suriname en de regio
Net als op andere plekken ter wereld, hebben overheden op het Amerikaanse continent extreme maatregelen getroffen in de strijd tegen Covid-19, waaronder het afkondigen van noodtoestanden met directe inperking van burgerrechten als gevolg. Deze maatregelen legden de vrijheid van meningsuiting en samenkomst aan banden, verzwakten institutionele checks and balances en beperkten de ruimte voor het maatschappelijk middenveld om haar rol te vervullen. 


Behalve de zwakke overheidsinstituties die de regio kenmerken, had een alarmerende machtsconcentratie in verschillende landen een explosie aan Covid-19 gerelateerde corruptie-cases tot gevolg. TI geeft ook aan dat binnen de hele regio burgers met moeite toegang krijgen tot betrouwbare en up-to-date informatie en noodhulpmiddelen. Het is een uitdaging om de verkregen noodfondsen bij de beoogde ontvangers te krijgen, in plaats van dat deze verloren gaan aan corrupte processen. Als de hulp niet op de goede plek terecht komt, is dit een voedingsbodem voor kwaadaardig populisme en creëert het meer armoede en ongelijkheid, aldus TI. 

Daarnaast is het cruciaal dat overheden maatschappelijke organisaties en journalisten toestaan om te fungeren als waakhond, zodat zij politici en bedrijven ter verantwoording kunnen roepen voor hun keuzes. Helaas gebeurt veelal het tegendeel en worden dit soort crises juist misbruikt door overheden ten koste van  het maatschappelijk middenveld. Een voorbeeld hiervan is El Salvador (score van 36) waarbij er een belangrijke wet die toegang tot informatie mogelijk zou maken, uitgesteld is vanwege de pandemie. Maatschappelijke groepen zouden deze wet juist goed kunnen gebruiken om te monitoren hoe de overheid de Covid-19 gerelateerde fondsen uitgeeft. 

Er zijn ook wel hoopvolle ontwikkelingen, zoals in Peru (ook een score van 38), waar er recent een wet is aangenomen die personen die schuldig zijn bevonden aan corruptie verbiedt om posities in te nemen binnen de overheid of toezichthoudende organen, zoals Raden van Bestuur.

De weg vooruit
Om eerlijk en gelijkwaardig beleid te garanderen, is de publicatie van relevante data en gemakkelijke toegang ertoe van groot belang. Met name in noodsituaties zoals Covid-19 die met zich mee heeft gebracht, is gespecificeerde data over uitgifte en verdeling van geld en middelen noodzakelijk. 

Het is de plicht van regeringen om ervoor te zorgen dat hun bevolking gemakkelijke, toegankelijke, tijdige en betekenisvolle informatie ontvangt, zodat hun hen hierbij verzekeren recht op informatie wordt gewaarborgd. 
Het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur (BINI) heeft het recht op informatie ook opgenomen in haar visiedocument en beleidsmonitoringsrapporten. Organisaties binnen BINI, waaronder Projekta, wijzen al jaren op het belang van een Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB). In 2017 maakte BINI ook een spotje over de WOB, welke hier te zien is.
Helaas is er in de gemonitorde periode geen vooruitgang geboekt op het gebied van recht op informatie. Het gehele thematische rapport van het thema Goed Bestuur is hier te lezen.

Behalve het publiceren van relevante data en de toegang ertoe mogelijk maken, geeft TI nog drie overkoepelende adviezen welke zeker ook van toepassing zijn op de Surinaamse situatie: 
1. Versterk instituties voor toezicht en controle
2. Zorg ervoor dat het proces van contracten aangaan open en transparant verloopt
3. Verdedig democratie, promoot maatschappelijke ruimte

donderdag 25 maart 2021

Open brief aan de President van de Republiek Suriname

Aan de President van de Republiek Suriname
Zijne Excellentie de heer Chandrikapersad Santhokhi
Paramaribo, 24 maart 2021

Betreft: Pleidooi voor de voordracht van mevr. mr. dr. Manorma Soeknandan

Hooggeachte heer Santokhi,
Manorma Soeknandan
Ondergetekende organisaties zijn zich bewust van de genderongelijkheid en de scheve seksratio in posities van beleid en besluitvorming en benadrukken dat in onze democratische rechtstaat vrouwen evenals mannen het recht hebben voorgedragen te worden voor benoeming in leidinggevende functies op nationaal en internationaal niveau.

Wij bepleiten middels dit schrijven bij U en Uw regering, mevrouw mr. dr. Manorma Soeknandan als kandidaat voor te dragen voor de functie van Secretaris-Generaal van de CARICOM en dat de regering binnen de CARICOM actief de diplomatieke lobby ter hand neemt dat zij ook gekozen wordt.

Wij zijn er ten volle van overtuigd, gegeven haar curriculum vitae, dat zij met haar master en PhD in International Studies, haar trackrecord als diplomaat en haar betrokkenheid bij tal van CARICOMinstellingen over de vereiste capaciteiten en ervaring beschikt om deze leidinggevende positie binnen de CARICOM te bekleden. Bovendien fungeert zij sinds februari 2014 als waarnemend secretarisgeneraal van de CARICOM, en is als zodanig zeer vertrouwd met de lid landen en de uitdagingen van onze regio.

Als portfoliohouder voor Gender binnen de CARICOM zou het voor Suriname een schitterende mijlpaal zijn op het pad naar gendergelijkheid als deze zeer capabele Surinaamse als eerste vrouw in deze belangrijkste positie in onze regio wordt gekozen.

Namens,
Women’s Rights Centre (WRC), Carla Bakboord
Het Institute for Women Gender and Development Studies (IWGDS), Marina de Bies
Het Centre for Peoples Development, Julia Terborg
De Nationale Vrouwenbeweging (NVB), Eline Graanoogst
Stichting Ilse Henar Hewitt Juridische Bijstand voor Vrouwen, Siegmien Staphorst
Projekta, Sharda Ganga
Zami Paramaribo, Vanessa Limon
Stichting Vrouwen in de Politiek (VIP), Judith Faerber
Het Vrouwen Parlement Forum (VPF), Liefda Somo
Ultimate Purpose, Maggie Schmeitz
Unie van Surinaamse Vrouwen (USV), Asha Mungra
Stichting Vrouwen Politieke Alliantie Suriname (VPAS), Ruth Wijdenbosch

maandag 22 maart 2021

Internationale Vrouwendag 2021: de weg naar maatschappelijke gelijkheid gaat niet over rode lopers

Op 8 maart 2021 vond een historische vergadering plaats in de Surinaamse volksvergaderzaal: een buitengewone openbare vergadering van de Nationale Assemblee (DNA) ter gelegenheid van de 100ste viering van de Internationale Dag van de Vrouw. Het verzoek voor deze vergadering werd naast Projekta ook door de vrouwelijke DNA-leden gedaan.

Projekta en de vrouwelijke DNA-leden hebben in aanloop naar de openbare vergadering een paar voorbereidingssessies georganiseerd om met elkaar te kijken hoe de uitdagingen van emancipatie en gendergelijkheid onder de aandacht te brengen. Tijdens de buitengewone openbare vergadering deelden acht vrouwelijke parlementariërs hun visie over de rol van vrouwen. Daarnaast voerden ook de President, Z.E. Chandrikapersad Santokhi en de Voorzitter van de Nationale Assemblee het woord, evenals enkele mannelijke fractieleiders.

In het parlement werd stilgestaan bij de economische, politieke en maatschappelijke verworvenheden van vrouwen. De weg die is afgelegd was “bekleed met hobbels, grote kraters en gladde kanten. Het was geen rode loper,” aldus Patricia Etnel. De weg die nog te gaan is, is ook nog lang: er wordt nog dagelijks strijd geleverd voordat er werkelijk sprake zal zijn van volledige maatschappelijke gelijkheid van vrouwen en mannen.

Het moet me van het hart dat vrouwen nu na 100 jaar steeds weer een eendaags schouderklopje krijgen, om misschien alweer de volgende dag beschimpt te worden,” aldus DNA-voorzitter Marinus Bee.

Dinotha Vorswijk kreeg een soortgelijk gevoel bij deze dag: “Het klinkt wel cliché jaarlijks aan te horen dat vrouwen ook onmisbaar zijn, dat vrouwen betere posities verdienen, dat vrouwen gelijke kansen moeten krijgen. Het lijkt alsof wij van de 365 dagen in een jaar maar één dag de nodige aandacht en waardering krijgen. Het lijkt alsof wij één stap vooruit maken en twee stappen achteruit.

Toch waren en zijn vele vrouwen onvermoeibaar in hun strijd voor een samenleving die vrouwen als gelijkwaardig behandeld en beschouwd.

Jupta Itoewaki (Kawemhakan), Joan van de Bosch (Pikin Poika), Rita Chotoe (Nickerie), Helen Karijodrono (Moengo), Nicolina Djalis (Goede Verwachting), Helene Frijde (Commewijne), Tresna Pinas (Moengo) Naomi van Cooten (Facebook-pagina vrouwelijke ondernemers), Siegmien Staphorst, Annette Tjon Sie Fat en Henna Guicherit (evenals Sheila Ketwaru die helaas vanwege omstandigheden afwezig was), Carla Bakboord en Sharda Ganga waren speciaal uitgenodigd voor deze buitengewone openbare vergadering en werden door onder andere president Santokhi en DNA-voorzitter Bee verwelkomd en beschreven als “sterke vrouwen” en “dya dya uma”. Zij zetten zich sinds jaar en dag in voor de rechten van meisjes en vrouwen binnen hun gemeenschappen en op nationaal en internationaal niveau.

In de woorden van DNA-voorzitter Bee: “Onvermoeibaar en vastberaden wordt deze strijd geleverd in de volle overtuiging dat ooit eens de dag zal komen dat er geen behoefte meer zal zijn aan een dag waarop moet worden stilgestaan bij erkenning van gelijke rechten voor vrouwen.
Jullie inspanning, toewijding en onmiskenbare toegevoegde waarde in de strijd tegen COVID-19 moet niet de reden zijn om de vrouw als waardige opponent te accepteren, maar juist de bevestiging dat u er altijd al was en altijd zult zijn.”
Hij noemde vrouwen de ruggengraat van een natie, “want het is het zogenaamde zwakke geslacht dat over een enorme stuwende kracht schijnt te beschikken om doelen te realiseren dwars door alle barrières heen.”
Leiderschap en besluitvorming
Het Vrouwendag thema van 2021 was ‘Vrouwen in leiderschap: een gelijkwaardige toekomst bereiken in een COVID-19 wereld’. Het is erg belangrijk dat erbij de ontwikkeling van wetgeving en beleid rekening gehouden wordt met de verschillen tussen vrouwen en mannen en de daarbij horende behoeftes en barrières, benadrukte DNA-lid Cheryl Dijksteel:

Het gaat er dus om dat vrouwen vooral ook de ruimte krijgen om hun invloed uit te kunnen oefenen; en dat we moeten werken om de obstakels die vrouwen belemmeren om hun rechten te beleven worden weggemaakt.” Ze stond ook stil bij het gebrek aan vrouwen in besluitvormingsposities: “Het moet meer, het moet beter, het moet indringender, om te kunnen spreken van invloed met impact. En in het proces naar meer, beter en indringender hebben vrouwen en mannen een rol te vervullen.”

Geweld tegen vrouwen
Helaas ontkwamen de sprekers er niet aan om ook aandacht te vragen voor het enorme leed dat vrouwen wordt aangedaan binnen huiselijke sfeer. Mishandeling en moord van vrouwen door mannelijke (ex-) partners komen disproportioneel vaak voor in onze samenleving, vandaar dat mannen werden opgeroepen om vrouwen met meer respect te behandelen. President Santokhi vindt dat we onze mind moeten resetten, vooral de mannen. DNA-voorzitter Bee vroeg na zijn speech om een minuut stilte in acht te nemen voor de vrouwen die slachtoffer zijn geworden van geweld door mannen. Ook benadrukte hij in dit kader de noodzaak van genderbewust beleid, genderbewuste wetten en gender responsieve budgetten.
Een doordringende voordracht van mevrouw Anunja, agent van het Korps Politie Suriname, en de aanbieding van het lied "Stop geweld tegen de vrouw” door componist Ferdinand Schet in samenwerking van het Women’s Rights Centre, werden zeer gewaardeerd door de aanwezigen.
Wet- en regelgeving
DNA-lid Ann Sadi riep op om wetgeving ter versterking van de positie van de werkende vrouw ter hand te nemen, onder meer de ontwerpwet Gelijke Arbeidsbehandeling, de ontwerpwet Seksuele Intimidatie en Geweld (om molest op de werkvloer tegen te gaan), de ontwerpwet Werktijdenregeling (om de rol van de moeder verder te regelen d.m.v. flexibele werktijden) en de ontwerpwet Arbo waarbij rekening wordt gehouden met gezondheidsrisico’s van vrouwen.

DNA-lid Reshma Mangre riep de regering op om het genderbeleid te evalueren en waar nodig bij te stellen, zodat vrouwen zichzelf zonder hindernissen kunnen profileren binnen de maatschappij. Een belangrijke rol is weggelegd voor het onderwijs. Zij benadrukte dat ook onderwijsvakbonden strijd leveren voor lotsverbetering van en gelijke rechten en kansen voor vrouwen.

Ondernemerschap
DNA-lid Tashana Lösche richtte zich in haar spreekbeurt op ondernemerschap: “Ondernemen in Suriname is een zaak van lange adem.” De balans vinden tussen ondernemen en het gezinsleven is een uitdaging waar voornamelijk vrouwen mee geconfronteerd worden, gaven zowel Vorswijk als Lösche  aan. Lösche pleitte onder andere voor ondernemerschapsbevordering via het onderwijs.

COVID-19
Soerjani Mingoen eiste meer aandacht voor de onbetaalde arbeid die vrouwen verrichten: “Thuis verrichten vrouwen het grootste deel van het werk, onbetaald en onzichtbaar. De Surinaamse vrouw is hard getroffen door deze pandemie, toch vormt zij de ruggengraat van herstel van onze samenleving en economie”

Soerjani Mingoen en Ann Sadi vestigden er de aandacht op dat ook volgens UN Women de COVID-19-crisis heeft laten zien dat de bijdrage van vrouwen een centrale rol inneemt, maar dat zij tegelijkertijd disproportioneel de last ervan dragen. Zij vestigden er de aandacht op dat vooral beroepen waarin veel vrouwen werkzaam zijn, onderbetaald zijn, terwijl het ook veelal vrouwen zijn die in de frontlinie staan van de COVID-19-crisis. Vrouwen zijn ook vaker werkzaam in sectoren die extra hard getroffen zijn door COVID-19 veiligheidsmaatregelen, zoals de gezondheidszorg, het onderwijs, de toerismesector, de detailhandel en de horeca.

Ann Sadi gaf als voorbeeld de extra taken die vrouwen hebben gekregen als gevolg van de sluiting van de scholen. Naast de onbetaalde huiselijke en verzorgende taken die over het algemeen toebedeeld zijn aan de vrouw, is het ook haar taak geworden om kinderen thuis te onderwijzen.

De diepgewortelde ongelijkheden tussen mannen en vrouwen in Suriname moeten hersteld worden met behulp van gender-responsief beleid, aldus Mingoen, zodat er een meer gelijkwaardige samenleving ontstaat die beter bestand is tegen toekomstige crises.

De gedenkwaardige openbare vergadering heeft vrouwen en hun strijd voor gelijkwaardigheid en hun mensenrechten voor het voetlicht geplaatst. Het was en is geen pad met een rode loper, maar DNA gaf aan de Surinaamse vrouwen mee dat zij achter hun strijd staan. Zoals DNA-lid Miquella Huur verwoorde:Wi e taygi unu uma: w’e  kraka yu, w’e kenapu na wi baka, a feti e go doro en we e tan feti a bun feti. Gran tangi!” 

Klik hier om de videoregistratie van de buitengewone openbare vergadering van DNA van 8 maart te bekijken.

woensdag 24 februari 2021

Politieke cultuur Suriname krijgt onvoldoende op de Democracy Index 2020

Jaarlijks publiceert The Economist Intelligence Unit (EIU) eind januari de Democracy Index, waarbij landen van de wereld worden gerangschikt naar hun democratisch gehalte. De EIU let hierbij op verkiezingsprocessen, burgerrechten, overheidsfunctioneren, politieke participatie en politieke cultuur. De rangorde gaat oplopend van 1 (grote democratische vrijheid) tot boven de 150 (zwaar onderdrukkende dictaturen). De 167 landen die in 2020 zijn beoordeeld, zijn onderverdeeld in vier typen: volledige democratie, onvolledige democratie, hybride regime en autoritair regime.


Politieke cultuur scoort een onvoldoende
De top 3 bestaat dit jaar, net als in 2019, uit Noorwegen, IJsland en Zweden. Suriname valt al jaren in de categorie ‘onvolledige democratie’. In 2019 haalde Suriname met een score van 6.98 (plaats 49) net niet de categorie ‘volledige democratie’. Dit jaar heeft Suriname een gemiddelde score van 6.82 en staat daarmee op plaats 51. Opvallend is dat we erg hoog scoren op verkiezingsprocessen (9.58), maar een stuk lager voor overheidsfunctioneren (6.07). Voor politieke cultuur krijgen we een onvoldoende, namelijk een 5. 

Suriname blijft met haar score Guyana ruim voor (plaats 75), maar valt wel onder Colombia (plaats 46), Brazilië (plaats 49) en Trinidad and Tobago (plaats 41). In de regio waar Suriname is ingedeeld, Latijns-Amerika en de Caraïben, zijn er slechts drie volledige democratieën, namelijk Uruguay (plaats 15), Chili (plaats 17) en Costa Rica (plaats 18).


De overheden in onze regio blinken over het algemeen niet uit qua functioneren; de hoge mate van corruptie blijft een moeilijk te tackelen obstakel. Het ineffectieve overheidsbestuur zorgt voor een toename van de maatschappelijke ontevredenheid en ondermijnt het vertrouwen in politieke instituties en beleving van democratie. 


Gevolgen van Covid-19
De Democracy Index 2020 heeft veel aandacht voor Covid-19, de maatregelen die landen hebben genomen en de effecten hiervan op de democratie. De EIU concludeert dat Covid-19 over het algemeen de wereld niet democratischer heeft gemaakt. Integendeel, het democratisch gehalte is in de meeste landen zelfs gedaald. Venezuela (van een score van 2.88 naar 2.76) en Haïti (van 4.57 naar 4.22) bijvoorbeeld, zijn landen die in 2020 nog slechter scoren dan vorig jaar. 

Een aantal overheden heeft de Covid-19 pandemie gebruikt om checks and balances te omzeilen. Met name de autoritaire en hybride regimes hebben de gezondheidscrisis misbruikt om hun macht te vergroten. Zo is er in Nicaragua een wet aangenomen die oppositieleden verbiedt om mee te doen aan de aankomende verkiezingen en zijn er verregaande maatregelen genomen tegen nationale NGO’s die hun bewegingsvrijheid ernstig beperken. Ook in Venezuela zijn Covid-19 maatregelen, zoals verplichte quarantaine, ingezet als dekmantel om oppositieleden en critici de mond te snoeren. 

De EIU vindt het moeilijk te beoordelen of machtsmisbruik in deze mate ook had plaatsgevonden zonder de mondiale gezondheidscrisis. Desalniettemin heeft de crisis  machtsbeluste regeringsleiders de mogelijkheden gegeven om maatschappelijke protesten, die in normale tijden groter waren geweest, de kop in te drukken. Gezien de toegenomen werkloosheid en armoede, verwacht de EIU dat de maatschappelijke onrust en protesten na het hoogtepunt van de pandemie een comeback zullen maken. 

Monitoring van de democratie in Suriname
In Suriname monitort het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur (BINI) de staat van onze democratie constant, onder andere binnen het thema ‘Goed bestuur en de rechtsstaat’. In het tweede BINI Monitoringsrapport (januari 2017 tot en met augustus 2019) is er binnen dit thema specifiek gekeken naar: corruptiebestrijding; functionering Rechterlijke Organisatie; moderniseren financiële overheidsadministratie; en het recht op informatie.*
Lees hier het volledige thematische rapport ‘Goed Bestuur en de Rechtsstaat’.

Lees hier het volledige BINI Monitoringsrapport. 

* Disclaimer: BINI heeft geen samenwerking met de EIU m.b.t. de samenstelling van de Democracy Index.